HOME     www.tegels-uit-rotterdam.com

 

VAN ROTTERDAM NAAR ALTONA

 

 

Tegeltableaus uit de Rotterdamse tegelbakkerij van de familie Aalmis
voor het woonhuis van de familie Van der Smissen in Altona

Inleiding

Het Museum für Kunst und Gewerbe is een van de belangrijkste musea voor toegepaste kunst in Europa.
De oprichting in 1877 is vooral aan de jurist en kunstcriticus Justus Brinkmann (1843 – 1915) te danken. Overeenkomstig zijn wensen zou het museum met zijn verzameling van voorbeelden de kwaliteit van hedendaagse ambachtelijke producten verbeteren en de smaak van de bevolking bevorderen.
Het kostbaarste deel van de verzameling van dit museum dat rijk is aan waardevolle objecten van de Nederlandse keramiek bestaat/bestond uit tegeltableaus uit de bekende Rotterdamse tegel- en aardewerkbakkerij van de familie Aalmis, die in dit artikel beschreven worden.
Ze zijn in het depot en niet zichtbaar voor bezoekers!

 

Beschrijving van tegeltableaus in museumpublicaties

Justus Brinckmann
Het Museum für Kunst und Gewerbe, Hamburg
Feestbundel ter gelegenheid van de opening van het nieuwe museum op
25 september 1877
De verzamelingen, pagina 53
Er zijn vele eenvoudige tegelschilderijen voor muurdecoraties verworven maar daarbij is er niet één die zich kan meten met de kunstwaarde van de volledige muurbekleding van een kamer met paarse faience-tegels van de hand van de Rotterdamse schilder JAN AALMIS uit het jaar 1764, die wij reeds in 1877 verworven en aan de muren van de kamer met de Nederlandse faiences geplaatst hebben.

Justus Brinckmann
Gids door het Museum für Kunst und Gewerbe, Hamburg
Hamburg, 1894
Delfts aardewerk, pagina 322
Jan Aalmis uit Rotterdam is door de paars geschilderde tegeldecoratie uit een burgershuis in Altona vertegenwoordigd. Drie van deze muurschilderijen tonen boven een gemarmerde plint landschappen met figuren in de kleding van die tijd naar de prenten van Jacopo Amigoni (Amiconi), die uit de serie van de zes vrije en schone kunsten de sterrenkunde, de muziek en de beeldhouwkunst uitbeelden. Het grootste veld, de sterrenkunde, bestaat uit 234 tegels (18 in de hoogte en 13 in de breedte) in de grootte van 13 x 13 cm per tegel en draagt de naam van de meester en het jaartal 1764. Een smal veld van slechts 3½ tegels breedte toont een oude tuinman, die aan een bloem ruikt. Bijzonder mooi zijn de drie erbij horende sopraportes, twee met afbeeldingen van Nederlandse havens en een met een haringvangst.

Heinrich Kohlhausen
Nederlandse kunstnijverheid
Gids door het Museum für Kunst und Gewerbe, Hamburg
Heft VIII, Hamburg 1924, pagina 54-55

Rotterdamse tegeltableaus

Rotterdam is in de periode van de 16de t/m de 18de eeuw door omvang en kwaliteit een van de belangrijkste plaatsen voor tegel- en aardewerkproductie. Uit de gevels van oude huizen, waar tegeltableaus met de naam van het huis (zoals het uithangbord van een herberg) als oriëntatie dienden, komen tal van tegelschilderijen, vooral uit de vroegere kleurrijke periode.
In het laatste kwart van de 17de eeuw was CORNELIS BOUMEESTER met zijn zeeschilderijen en landschappen de leidende schilder.
Ruimte 12. Muur met de ingang.
Waarschijnlijk tot dezelfde stijl behoort een uit negen tegels samengesteld tegeltableau met de afbeelding van een breedgebouwd zeilschip op rustige zee met een lage door zeilsilhouetten levendige horizon en dezelfde manier van golven- en wolkenschildering toont, die kenmerkend is voor de Rotterdamse werkstukken uit die tijd.
Na BOUMEESTER volgden drie generaties van de tegelschilderfamilie Aalmis, van wie het jongste lid, JAN AALMIS, die van 1714 t/m 1799 heeft geleefd met zijn grootste werkstukken hier vertegenwoordigd is.
Dit is een serie van bijelkaar horende tegelschilderijen in paarse kleur, die bijna alle in ruimte 13 op de muren aangebracht zijn en naar de inscriptie in het jaar 1764 door JAN AALMIS in Rotterdam vervaardigd werden.
Ze zijn uit een huis in Altona aan de Elbbrücke (Vismarkt) afkomstig, dat tot het midden van de 19de eeuw in bezit van een familie Van der Smissen geweest is. Wij weten van deze familie, dat een lid met de naam Gisbert van der Smissen, een vaak reizende en pronklievende koopman, van 1759 t/m 1764, het jaar van de tegelvervaardiging, zijn enige zoon in Rotterdam onderwijs liet volgen en waarschijnlijk bij zijn bezoek of terugkomst de tegelopdracht gaf.
De tegels waren oorspronkelijk in een tuinkamer aangebracht, waarbij de hoofdvelden boven de gemarmerde plinten de muren sierden, de smalle zeestukken zaten als sopraportes boven de lage deuren.
JAN AALMIS heeft voor de hoofdvelden de prenten met een allegorische afbeelding van de vijf zinnen van de Venetiaan JACOPO AMICONI (1675-1752) als voorbeeld gebruikt.
Het gezicht. Ruïnelandschap met acht figuren in kleding van die tijd, van wie sommige door een telescoop kijken of met het bekijken van aard- of hemelglobes bezig zijn. Opschrift rechts: Ian Aalmis a Rotterdam, 1764.
De geur. Tuinlandschap met een oude tuinman, die aan een anjer ruikt.
Het gehoor. Fluitspelende cavalier, in het kasteelpark (hier ontbreekt een verticale tegelrij).
Het gevoel. Beeldhouwer in tuinlandschap (gedeeltelijk bewaard).
De smalle sopraportes, zeestukken met rococolijsten, het één met een vurend oorlogsschip, het andere met vissers op een golvende zee in ruimte 13, het derde, een havenlandschap met windmolen in ruimte 12.

Verwerving van de tegeltableaus

De tegels werden door de heer Moses Cahn verworven. Deze woonde in 1874, het jaar van de aankoop, in Altona in het huis Große Elbstraße Nr. 1.
Dit perceel, hoek Große Elbstraße Nr. 1 en Elbbrücke Nr. 11 was van 1698 t/m 1833 eigendom van de toentertijd zeer welgestelde familie Van der Smissen. Hier stond ook het stamhuis van de familie.
Dit huis, gebouwd in de jaren na de vreselijke brand van Altona tijdens de oorlog met Zweden en de plundering door de troepen van generaal Steenbock in het begin van de 18de eeuw door de stamvader van de familie (Hinrich I, 1662-1737), was het in het midden van de 18de eeuw woon- en zakenpand van de koop- en handelsheer Gysbert II van der Smissen.
Het huis droeg boven de ingang het opschrift "Aus Asche erstanden: 1720“ (uit de as herrezen: 1720).
De opeenvolgende eigenaren van de grond met het dubbelhuis waren vanaf 1833 Carl Bomann, 1864 Moses Kahn, 1870 M. Augustina Nath. Pfingsthorn en 1874 de Waren- und Credit-Anstalt in Hamburg. Volgens de adresboeken van Altona woonde echter Moses Cahn, die daar ook een "opslag van ruwe producten" had, nog tot 1875 in het huis dat reeds in 1870 verkocht was.
In 1875 verkocht de Waren- und Credit-Anstalt een gedeelte van het dubbelhuis. Het is waarschijnlijk, dat het gebouw vóór de deling reeds in 1874 verbouwd werd. Daarbij zijn de tegels verwijderd en door Moses Cahn verkocht.
Het gehele blok Große Elbstraße / Elbbrücken werd voor de uitbreiding van de Altonaer Vismarkt tussen 1885 en 1893 afgebroken.

Muurindeling voor de afbraak

Een geaquarelleerde penseeltekening (in het bezit van het Museum für Kunst und Gewerbe, Hamburg) toont de situatie en ordening van de tegelwerken zoals deze voor de afbraak waren.
Op deze tekening is te zien, dat de tegeltableaus reeds voor dat zij in het bezit van het museum overgingen, niet onbeschadigd waren.
Een grotere ruimte werd door een scheidingswand in twee ruimtes verdeeld. Vermoedelijk waren alle raamloze wanden van de grote ruimte met tegeltableaus en alle plinten met tegels bekleed.
Helaas zijn sommige gedeelten verloren gegaan, maar dat wat bewaard bleef, geeft nog steeds een goede voorstelling van de gehele situatie.
Geheel bewaard gebleven zijn de drie sopraportes met de scheepsafbeeldingen en het grote tableau "astronomie", bij het tweede grote tableau "muziek" is door de bouw van de scheidingswand een verticale rij verloren gegaan. Van andere grote tegeltableaus zijn alleen nog maar gedeeltes aanwezig.

 



’ASTRONOMIE’ nach einem Kupferstich des Jacopo Amiconi (1675-1752)

’ASTRONOMIE’
naar voorbeeld van een prent van Jacopo Amiconi (1675-1752)

Details van de ’ASTRONOMIE’

         

             

             

Jan Aalmis
a Rotterdm
1764

‘MUZIEK’ naar voorbeeld van een prent van Jacopo Amiconi (1675-1752)

Detail van „MUZIEK“

‘BEELDHOUWKUNST’ naar voorbeeld van een prent van Jacopo Amiconi (1675-1752)


          

Detail van „BEELDHOUWKUNST“

Drie van deze tableaus tonen boven een gemarmerde plint landschappen met figuren in de kleding van de tijd naar voorbeeld van prenten van Jacopo Amiconi, die de astronomie, de muziek en de beeldhouwkunst uitbeelden uit zijn serie van de zes frije en schone kunsten.



b 1 La Peinture

b 2 La Musique




b 3 La Poesie

b 4 La Sculpture

b 5 L’architecture

b 6 L’astronomije

Amiconi inven:                                                            Appo G. Wagner Venezia C.P.E.S



             

‘GEUR’ naar voorbeeld van een prent van Jaques Philippe Lebas
(D. Teniers pinxit  Le Bas Sculp.)

De andere vier zintuigen

                       

                   LE TOUCHER (gevoel)                   LA VUË (gezicht)                   

                       

LE GOUST (smaak)                          L’OÜIE (gehoor)

De dri maritieme tegeltableaus van de woonhuis de familie Van der Smissen

‘De Buys op de Neeringh’

‘Aanlegsteiger met een daaraan gemeerde driemasthoeker en een jacht’

‘Een Groenlands Vaarder, en de Have van Rotterdam’

Grafiek en tegeltableaus

De Buys op de Neeringh

Adolf van der Laan (ca. 1690-1742)
GROOTE VISSERY
17 etsen geven een beeld van de haringvisserij

         

Ets nr. 7  De Buys op de Neeringh               Ets nr. 10 Den Buysch Seyld Binnen


(ontleend aan Jan Pluis, 1968:) Van ets nr. 3 is de aanlegsteiger met de daaraan gemeerde driemasthoeker en het jacht tot in details gecopieerd. Het is mij niet bekend, waarmaar de rest van het tableau is geschilderd.

ZEE. LAND, EN STROOM LUST
In ‚t Kooper Gebragt door Adolf van der Laan
Serie van 20 etsen

Ets nr. 3 „Een Hollands Oorlog Schip van de 5de Rang, een drie maste Hoeker en een Jagt“


’Een Groenlands Vaarder en de Have van Rotterdam’

ZEE. LAND, EN STROOM LUST
In ‚t Kooper Gebragt door Adolf van der Laan
Serie van 20 etsen

’Een Groenlands Vaarder en de Have van Rotterdam’
Ets nr. 19 van ’ZEE, LAND, EN STROOM LUST’

De familie Van der Smissen als opdrachtgever van de tegeltableaus

De eerste steen voor het hoekhuis Große Elbstraße Nr. 1 en Elbbrücke Nr. 11 werd in 1720 door Hinrich I. van der Smissen en zijn echtgenote Maria, geboren de Voss, gelegd.
Hinrich I. van der Smissen was een welgestelde man. Hij was eigenaar van een expeditiebedrijf, had een commissiehandel, had een aandeel in de groenlandvaart, was grondbezitter, had een bakkerij en nog andere bedrijven in Altona. Hij is in 1737 in Altona gestorven.
Een van zijn twee zonen, Gisbert III van der Smissen (26 januari 1717 – 27 maart 1793) werd eigenaar van de woning.
Gisbert III. van der Smissen is in 1732 en 1733 voor een handelsopleiding in Engeland geweest. Daarna heeft hij in het expeditiebedrijf en in de commissiehandel van zijn vader gewerkt. In 1737 werd hij – nog maar 20 jaar oud – deelgenoot van het handelshuis. Gisbert III. kwam vaak aan het hof van de koning van Denemarken en stond met veel belangrijke tijdgenoten in briefcontact.
Hij had een dure levensstijl, hechtte grote waarde aan kleding, paarden, wagens en niet als laatste aan een grote staf bedienden.
Het hoeft ons dan ook niet te verbazen, dat hij zijn huis met tegeltableaus liet versieren. Overigens herinnerden de Nederlandse tegels aan zijn Nederlandse voorouders.
Gisbert III. van der Smissen trouwde in 1740 met Helena Linnich. In 1746 werd de zoon Jacob Gisbert geboren. Gedurende zijn hele leven was Gisbert III. met stamboomonderzoek bezig en noteerde belangrijke data uit zijn familieleven. Hij voegde aan de familiebijbel een handgeschreven kroniek toe.
Daar schreef hij onder andere:
"Anno 1759 stuurde ik mijn enige zoon Jacob Gisbert van der Smissen in gezelschap van onze commandeur Roelof Jansen naar Rotterdam, om daar bij de heer Hinrich Heering volgens het voor vijf jaar afgesloten contract als leerjongen in de handel op het comptoir te dienen, van waar hij met de genadige zegen van God Anno 1764 weer teruggekomen is, met een goede getuigenis van zijn heer patroon over zijn gehoorzaamheid, zijn bedrijvigheid en trouwe vervulling van zijn dienstplichten."

Zou het volgende toeval zijn?
Jacob Gisbert kwam in 1764 als opgeleide koopman uit Rotterdam terug naar het huis van zijn ouders in Altona – en het tegeltableau met de allegorische afbeelding van de astronomie toont onder de signatuur van Jan Aalmis het jaartal 1764.

De Rotterdamsche Tegelbakkerij aan den Schiedamschedijk, westzijde, protocol No. 1405

JAN AALMIS JUNIOR of JOHAN AALMIS of JAN AALMIS,
meester-plateel- en tegelbakker. Kleinzoon van den meester-tegelbakker Pieter Janszn. Aalmis en zoon van den meester-tegelbakker Jan Pieterszn Aalmis en van Susanna Claarhout. Hij is geboren in Mei 1714. In 1739 wordt hij voor het eerst tot hoofdman van het Sint-Lucasgilde benoemd en ten slotte nog in in 1787. Van 17 Mei 1735 tot in 1747 was hij brandmeester in de 3de wijk. Van 1745 tot 1748 diende hij als vendrig bij een der compagnieën van de burgerwacht of schutterij, klom toen op tot luitenant en bleef als zodanig in dienst tot 1753. Hij drijft na de dood van zijn vader, in 1755, de tegelbakkerij tezamen met zijn broer Jan Bartholomeus Aalmis; nadat deze in 1784 overleden is, komt hij alleen aan het hoofd van de zaak te staan; hij is dan reeds 70 jaar oud. Hij verkoopt 10 Sept. 1787 de trafiek der tegelbakkerij met de winkel en de wasserij voor de som van 2000 gulden aan Laurens Verwijk. Ook kocht Verwijk al de tegels. Jan Aalmis sterft den 30 Sept. 1799 in de ouderdom van 85 jaar en wordt begraven in de Oosterkerk, No. 130.

Jan Bartholomeus Aalmis, meester-tegelbakker, geboren te Rotterdam in 1725. Hij is de broer van Jan Aalmis Junior en komt omstreeks 1748 in de familiezaak, de tegelbakkerij aan de Schiedamschedijk, westzijde, protocol No. 1405 met het uithangteken „De Bloempot“. In 1753 wordt hij voor het eerst tot hoofdman van het Sint-Lucasgilde benoemd. Hij sterft ongehuwd op 3 sept. 1786 en wordt begraven in de Oosterkerk te Rotterdam.

Voorbeelden uit het Gemeentearchief Rotterdam

Paar uit ’ASTRONOMIE’
Tekenvoorbeeld in het Gemeentearchief Rotterdam, GAR 3291
Pen in bruin, blad ca. 19x23 cm, doorgeprikt.
Watermerk (gedeelte): HR

Paar uit ’Beeldhouwkunst’
Tekenvoorbeeld in het Gemeentearchief Rotterdam, GAR 3291
Pen in bruin, blad ca. 19x23 cm, doorgeprikt. Watermerk (gedeelte): HR

’GEUR’
Tekenvoorbeeld in het Gemeentearchief Rotterdam, GAR 3293
Potloodschets. Blad ca, 42,0x32,5 cm.
Watermerk: leeuw in Hollandse tuin waarin maagd met hoed op staak, I.b. “Pro Patria” en IV (vgl. Churchill 133)

‘GEVOEL’
Tekenvoorbeeld in het Gemeentearchief Rotterdam, GAR 3294
Potloodschets, blad ca. 42,0x32,5 cm.
Watermerk als 3293. Verso in bruine inkt in cjfers: 6.10-8 en 2-

 

’GEZICHT’
Tekenvoorbeeld in het Gemeentearchief Rotterdam, GAR 3295
Potloodschets, blad ca. 42,0x32,3 cm. Watermerk als 3293 en 3294

’GEHOOR’
Tekenvoorbeeld in het Gemeentearchief Rotterdam, GAR 3088 Dubbel blad, doorgeprikt, watermerk: kroon + GR

Tegel uit het onderste gedeelte van de „Astronomie“ en „Beeldhouwkunst“.
Deze tegel (Bloemruitjes) is in het ‚Rotterdamsch Modellenboek voor Tegels’ als Nr. 3 afgebeeld.

In het gemeentearchief van Rotterdam bevindt zich onder de vele archiefstukken, welke betrekking hebben op tegels, een modellenboek voor tegelschilders (archiefnr. THA 3195). Het is van grote waarde voor de studie naar de geschiedenis van de Nederlandse wandtegel.
Frederik Jacobus Kleijn (1819-1881) schonk het modellenboek in juni 1876, samen met enkele losse voorbeeldbladen voor tegels en tegel-tableaus, aan het Rotterdamse archief.
De archivaris schreef destijds in de lijst van schenkingen dat de voor-beelden oorspronkelijk “van het Tegelbakkersgilde te Rotterdam“ afkomstig waren.
Het modellenboek bestaat uit een bundel van 59 bladen met 96 tekeningen. De bladen, formaat circa 13,5 x 13,5 cm, zijn bij de meeste aan twee zijden afgesneden en bij zes bladen zijn de contourlijnen doorgeprikt.
Wanneer wij nu het modellenboek bestuderen, dan valt op dat er een veelvoud aan motieven en stijlrichtingen in voor komt. De voorbeeld-tekeningen, meestal pentekeningen in bruin, werden blauw of paars ingeschilderd, maar er komen ook combinaties van blauw en paars, als ook geel en rood voor.
Alle tekeningen zijn genummerd. Daarbij valt op dat van de ontwerpen er zeven slechts één nummer hebben en 89 zijn van twee of drie nummers voorzien.

 

Details gebruikt in andere tableaus

Een tableau met de spiegelbeeldige voorstelling van de Beeldhouwkunst maakt deel uit van de collectie in het Nederlands Tegelmuseum in Otterlo.

Tableau, 8 x 6 tegels. Gesigneerd: I. Aalmis P.

Op dit door Jan Aalmis gesigneerde tableau zijn de beide paren uit de “Astronomie” en de “Beeldhouwkunst” te zien.

Salomon Stodel, Antiquités, Amsterdam

‘Tuin met fontain’ ontworpen en geschilderd door Jan Aalmis junior.
Hier werd de bron van het vorige tableau nauwkeurig overgenomen.

 

Historisch Museum Rotterdam

Literatuur

1764        Altonaischer Mercurius (Staatsarchiv Hamburg)

1874        Altonaer Nachrichten (Deutsche Staatsbibliothek, Berlin)

1877        Brinkmann, Justus
Das Hamburgische Museum für Kunst und Gewerbe
Festschrift zur Eröffnung des neuen Museums-Gebäudes am 25. September 1877
Die Sammlungen, Seite 53

1894        Brinkmann, Justus
Führer durch das Hamburgische Museum für Kunst und Gewerbe,
Hamburg 1894, Delfter Fayencen Seiten 317 und 322

1920        Hoynck van Papendrecht, A.
De Rotterdamsche Plateel- en Tegelbakkers en hun product. 1590-1851

1925        Sauerlandt, Max
Rotterdamer Fliesenbilder im Museum für Kunst und Gewerbe
in: Hamburger Nachrichten 1925 vom 12. Dezember 1925
-maschinenschriftliche Textvorlage im Gemeentearchief Rotterdam
als GAR II C 843-

1932        Münte, Heinz
Das Altonaer Handlungshaus van der Smissen 1682-1824
in: Altonaische Zeitschrift Band II

1968        Pluis, Jan
De invloed van de etsen van A. van der Laan op de tegelschilders
van schepentableaus
in: Jaarboek 1966 Fries Scheepvaartmuseum en Oudheidkamer, Sneek

1970        Pluis, Jan
Schiffsbilder auf Fliesen
in: Friesisches Jahrbuch, Bredstedt

1973        Röhlk, Frauke
Schiffahrt und Handel zwischen Hamburg und den Niederlanden in der
zweiten Hälfte des 18. und zu Beginn des 19. Jahrhunderts Teile I und II
in: Vierteljahresschrift für Sozial- und Wirtschaftsgeschichte, Wiesbaden

1978        Stettner, Heinrich
Die Niederländische und Emder Fischerei mit Büsen und ihre
Darstellung insbesondere auf alten Fliesen, Giebelsteinen und Grafiken
in: Deutsches Schiffahrtsarchiv 2 Reihe "Schriften d.d. Schiffahrtsmuseums"
Band 9 Oldenburg / Hamburg

1996        Joliet, Wilhelm
Die Geschichte der Fliese

2001        Joliet, Wilhelm
Rotterdamsch Modellenboek voor Tegels

Fotos

Foto Kiemer, Hamburg
Gemeentearchief Rotterdam
Historisch Museum Rotterdam
Kupferstichkabinett Dresden
Museum für Kunst und Gewerbe, Hamburg
Salomon Stodel, Antiquités, Amsterdam
Wilhelm Joliet, Königswinter

Met hartelijke dank aan Henny en Jan Pluis voor de vertaling.